“Als ik moest kiezen, zou ik de Tour zeggen” – Thibau Nys wil Tour De France-debuut in 2025
Thibau Nys heeft dit jaar indrukwekkend talent getoond op de weg en zijn potentieel is enorm. Naast wat hij kan bereiken in het veldrijden, heeft hij met Lidl-Trek in de lente en zomer maar liefst 9 overwinningen behaald in vier maanden tijd en in 2025 wil hij zijn debuut maken in een grote ronde – en wie weet, dit zou de Tour de France kunnen zijn. “Ga ik volgend jaar een grote ronde rijden? Ja, de kans is ongeveer negentig procent.
Het maakt me niet zoveel uit welke, maar elk heeft zijn eigen uitdagingen. De Giro is niet ver van het einde van het veldritseizoen, de Tour is geen vanzelfsprekendheid bij onze ploeg en de Vuelta is vrij dicht bij de start van het volgende crossseizoen”, zei Nys in de podcast ‘Odd Tandem’. “Als ik zou moeten kiezen, zou ik de Tour zeggen, omdat de timing gewoon het beste werkt. Maar ik ben niet iemand die zegt dat ik een specifieke plek verdien.
Dat is aan het team”. Vorig jaar was de Belg al van plan de Giro d’Italia te rijden, maar uiteindelijk kwam het besluit laat en besloot de ploeg dat het voor hem het beste was om zich op andere etappekoersen te concentreren. Een goede beslissing misschien, als je bedenkt hoeveel hij daar won. Momenteel begint hij aan het veldritseizoen – zij het niet in zijn beste vorm – en hij zal deze winter veel willen bereiken. Volgend jaar wil hij op de weg al racen in de Ardennenklassiekers.
Eén wedstrijd heeft specifiek zijn aandacht: “Als ik vooruitkijk naar volgend jaar, springt één wedstrijd er voor mij echt uit, en dat is La Flèche Wallonne. Ik ga eraan werken om daarvoor in topvorm te zijn en waarschijnlijk ga ik ook de Amstel Gold rijden. De finish bij La Flèche Wallonne op de Mur de Huy zou mij goed moeten liggen. Ik heb er een keer mee gereden met het veldritteam, toen ik nog niet eens aan een carrière op de weg dacht, en ik dacht meteen: ‘Als ik ooit een koers wil winnen, is het La Flèche Wallonne.’”
Twee jaar geleden won Tadej Pogacar die race en Nys wordt gevraagd naar de Sloveen: “Pogacar herschrijft de raceregels. Andere teams weten het niet meer, omdat ze niet weten hoe ze met deze situatie moeten omgaan. Persoonlijk ben ik er niet zo mee bezig. Het enige wat ik kan doen is ervoor zorgen dat ik op mijn best ben en mijn kansen grijpen. En een ontsnapping die de finish in La Flèche Wallonne haalt, is zeldzaam. Maar met de vorm waarin hij nu verkeert, zou Pogacar kunnen aanvallen op de voorlaatste klim op de Mur, en dat zou de race voor mij compleet veranderen.”
Wellicht ten onrechte worden de meeste renners vergeleken met mensen als Pogacar of de andere grote figuren uit de wielersport, die zelfs voor de meeste professionele renners bijna onhaalbare niveaus hebben. Nys is buitengewoon getalenteerd, maar hij moet ook zijn hoofd op zijn plaats houden als het gaat om het focussen op zijn eigen capaciteiten en niet op die van zijn rivalen. “Het is een beetje een gemengd gevoel.
Natuurlijk is het intimiderend om het op te nemen tegen Van der Poel in Parijs-Roubaix of tegen Jonas Vingegaard tijdens een lange klim. Maar ik moet ervoor zorgen dat ik beter wordt in wat mij sterk maakt. Dan zal ik misschien op een dag de renner zijn waar anderen bang voor zijn”, legt hij uit. Ik vind het geweldig als die supersterren er zijn; het motiveert mij ook. Ik zie het niet als iets negatiefs, verre van dat.”
De Belg gaf ook inzicht in hoe hij zich voorbereidt op races en hoe hij gelooft dat het belangrijkste onderdeel van het wielrennen eigenlijk niet in het racen zelf zit, maar in de training. “Ik ben iemand die echt vertrouwen moet opbouwen tijdens de training, om zich er klaar voor te voelen; om te weten dat ik de trainingen kan voltooien die mij de overwinning zullen opleveren. Ik denk altijd: ik win niet in de race, ik win tijdens de training. Racen is het makkelijke gedeelte. Racen is gewoon het leuke gedeelte; al het harde werk is al gedaan. En in die ene week voor Polen had ik een training waarbij ik dacht: dit is het, dit is wat ik nodig heb om te winnen.”